Spring naar de inhoud

Contente kijk op de raad van 13 december

De OCMW- en gemeenteraad van 13 december was er ene om niet gauw te vergeten. Over de meeste agendapunten kunnen we kort zijn. Eén punt, het dossier SILVAMO vergde maanden intensieve voorbereiding voor de fractie van CONTENT. Over de gang van zaken zijn we allerminst tevreden.

Sociale huisvesting

Er werd een visie omtrent sociale huisvesting goedgekeurd, afgestemd op samenwerking met sociale huisvestingsmaatschappijen en andere gemeenten. Deels omdat de samenwerkingsverbanden in de toekomst zullen hertekend worden. Met CONTENT durven we gerust onderschrijven dat Kortemark met een inhaalbeweging bezig is. De betreffende schepen, een liberaal dan nog!, negeert het belang van dit thema niet. Vanuit de oppositie werden vragen gesteld over de lengte van de wachtlijsten. Het aantal mensen die wachten op sociale huisvesting, dat zijn er heel wat. Belangrijker dan het aantal mensen op de wachtlijst is, hoe lang mensen gemiddeld genomen op de wachtlijst staan. Dit bleek meerdere jaren te zijn. Bijkomend zullen in de toekomst verschillende wachtlijsten worden samengevoegd. Het voorrangsrecht zal enkel gelinkt zijn met de periode men al wacht. Met het huidige systeem is geen oplossing voor dringende noden. Stefaan Vercooren is zich daar als bevoegde schepen bewust van. We menen te hopen dat hij de ernst van dit probleem op een juiste manier inschat en ter harte neemt. Velen delen de perceptie een welvarend land te zijn, maar als je de cijfers bekijkt, zijn we een land in twee, of meer snelheden geworden. Het beleid is zich te weinig bewust van de groter wordende groep mensen die het moeilijker en moeilijker krijgen. In het BCSD vertegenwoordigt Ann Devisschere de fractie van CONTENT. Er is veel werk aan de winkel, heel wat dossiers van mensen die het ondermeer, maar niet uitsluitend, financieel moeilijk hebben.

Heffing van een belasting op het storten van afval

Meer dan twee jaar hebben we achter de schermen van het politiek toneel gepoogd, intens en met overtuiging, om tot een verbetering te komen voor onze inwoners. Veelal zijn we er met CONTENT in geslaagd bruggen te bouwen met de meerderheid. Nu was het water veel te diep. CD&V en Open VLD houden een schijn van inspraak hoog, in dit specifieke dossier, maar de praktijk toont duidelijk andere motieven en bekommernissen. Vanuit CONTENT werd volgende tekst opgesteld. Tim Deweerdt, gemeenteraadslid van dienst, las die voor.

Als gemeenteraadslid zie ik het als mijn taak om beleidskeuzes op te volgen. Vanuit de fractie van CONTENT staan wij heel sterk voor samenwerking. We steunen wat goed is, kaarten aan wat beter moet. Vandaag is het mijn taak om de vinger op de wonde van Silvamo te leggen. Mijn medestanders van CONTENT vonden, net als ik, dat dit gerust een uitgebreide analyse mocht zijn.

Drie jaar geleden lag het belastingreglement van Silvamo ter stemming voor op de raad. Met CONTENT vonden we dat één en ander beter opnieuw zou bekeken worden. Drie jaar gebonden zijn aan een slecht belastingreglement, dat vonden wij toen geen goede zaak. Verschillende telefoontjes gedaan om dat te bekomen. Toon Vancoillie stemde telefonisch in met de optie om het te wijzigen naar een reglement geldend voor één jaar. Karolien Damman, nochtans indertijd eerder kritisch ten opzichte van Silvamo, gaf echter geen groen licht. Het voorstel was een goedkeuring voor drie jaar en dat zou zo blijven. Moeilijk te begrijpen en zeker niet te rijmen met de belangen van onze inwoners.

Een aantal jaren geleden hebben we al vermeld dat Silvamo gigantische winsten maakt. De laatste drie jaar zijn de winsten nog sterk gegroeid. Boekjaar 2020: 900 000 euro winst ten opzichte van het totale vermogen van 4 360 000 euro en een geplaatst kapitaal van 495 000. Dat is verhoudingsgewijs gigantisch. Zo gigantisch dat ik nog geen enkele andere jaarrekening heb gezien van een andere onderneming met zo’n cijfers. Een paar jaar geleden waren de cijfers al onwaarschijnlijk goed. Maar nu zijn die nog meer ongezien. Ik verwacht dat de resultaten van 2021 ronduit hallucinant zullen zijn, want de opbrengst van uit de belasting voor Kortemark is ook hoger dan anders, dus er is veel gestort. Ter info: in grote lijnen zegt men dat een rendabiliteit van het EV die 5 procentpunten hoger is dan bij beleggingen op een termijnrekening, dat die al goed is. Tien procentpunten erboven is uitstekend. De laatste jaren scoort Silvamo een rendabiliteit van het eigen vermogen van 40% in een slecht jaar, 160% in een goed jaar. Dat is werkelijk ongezien. Ongezien. Met CONTENT zijn we al langer voorstander om Silvamo meer belastingen te laten betalen. Hun hoge winst is op zich niet de reden. Er zijn andere redenen genoeg. Hun hoge winst toont alvast dat dit mogelijk is.

Die verhoging van de belastingen is al langer achter de schermen van het politieke toneel een punt van discussie. Meerdere jaren al. Zelf heb ik daaromtrent met onze burgemeester al heel wat van mening gewisseld. Een aantal wijzigingen in het reglement dat nu ter stemming voorligt, zoals het opnemen van een indexering, of het herformuleren van een aantal zinnen om het reglement juridisch sterker te maken, zijn er gekomen op suggestie van CONTENT. Als het gaat over een verhoging van de tarieven, stellen we vast dat om wat voor reden ook erg gevoelig ligt. Dan is een eerlijke en open discussie, met argumenten voor en tegen blijkbaar niet meer moeilijk. De burgemeester wil enkel gaan voor een verhoging van de tarieven als we met CONTENT zwart op wit kunnen aantonen dat een verhoging bij een procedure voor de rechtbank zal standhouden. Dat is een oneerlijke vraag, omdat het antwoord  een positief antwoord daarop steeds een leugen zou zijn. In ons land oordeelt de rechter. Op voorhand kan niemand dat oordeel vastleggen. Gelukkig. De rechter baseert zich op de wetten. Met de adviezen die wij met CONTENT hebben ingewonnen is een verhoging van de tarieven wel degelijk mogelijk. Er zijn bovendien maar een vijftal categorie 2 storten in Vlaanderen. Als geopperd wordt dat de belasting in onze gemeente hoger is dan in de andere gemeenten die een soortgelijk stort hebben, dan doet dit niet ter zake als het gaat als tegenargument waarom een hogere belasting door de rechtbank zou teruggefloten worden. De storten zijn overigens moeilijk te vergelijken met elkaar. Wellicht is het stort in Kortemark het enige dat ook nadat het is vol gestort zal verkaveld worden in een kmo-zone. Dat betekent een gigantische meerwaarde voor de eigenaar van het stort.

Over de adviezen op zich, daar ligt de werkwijze van de meerderheid van CD&V en Open VLD in vergelijking met onze werkwijze toch wel wat uiteen. Hun middelen en mogelijkheden zijn een pak groter dan de onze.

De meerderheidsploeg heeft advies ingewonnen bij één fiscale jurist, om alle belastingen door te lichten. Wat Silvamo betreft steekt die jurist ‘zijn hand niet in het vuur dat een verhoging niet zou teruggefloten worden’. Waarop die jurist zich baseert, daar hebben wij het raden naar. Eén persoon die advies levert, niet eens uitgebreid, met CONTENT zijn we niet eens op de hoogte als dit al dan niet gemotiveerd is. Overigens: de suggesties om het reglement juridisch steviger te maken, die komen niet van de adviseur van de meerderheid, maar die komen van meerdere adviezen ingewonnen door ons, van CONTENT.

Zelf hebben we bij een viertal specialisten in de materie info ingewonnen.  Onafhankelijk van elkaar, zodat ze niet zomaar uit gemakzucht bevestigen wat een eerder advies voor mogelijk acht. In grote lijnen, zijn op vlak van een tariefverhoging, de conclusies de volgende:

– De wetgever voorziet de mogelijkheid dat gemeenten een stortplaats belasten met een eigen belasting, op basis van de aard en de hoeveelheid van het gestorte goed én er is de gemeentelijke fiscale autonomie, verankerd in de grondwet, waarin staat dat gemeenten werkelijk alles mogen belasten zolang een hogere wetgeving die belasting niet verbiedt. 

– het argument van het concurrentieel blijven is quatsch en sowieso geen juridisch argument.

– ik steek ook niet mijn handen in het vuur dat “een verhoging niet wordt teruggefloten”,  dat is uiteraard geen argument.

– ook al zou een belastingverhoging aangevochten worden door een batterij van de beste advocaten, er is geen enkel juridisch argument om te vrezen dat de gemeente daardoor ook de bestaande belasting zou kunnen verliezen. Het heffen van een dergelijke belasting is een wettelijk recht in hoofde van de gemeente en geen contractuele afspraak met de belastingplichtige. 

Als het gaat over de maximale hoogte van de tarieven van een belasting, dan is die voor de duidelijkheid niet onbegrensd. Hoewel de gemeentelijke autonomie op fiscaal vlak, verankerd in de grondwet, erg groot is, is die autonomie in de praktijk niet onbegrensd. Zo mogen gemeenten geen belasting heffen op windturbines, omdat wetten of decreten van een hogere overheid die mogelijkheid voor gemeenten verbieden. Wat stortplaatsen betreft, voorziet de wetgever nadrukkelijk de mogelijkheid om als gemeente een eigen belasting te innen, als men afziet van de mogelijkheid om opcentiemen op de gewestelijke heffing te innen. Beiden mogen niet. Wat de hoogte van de tarieven betreft: ook daar zijn een aantal grenzen in het achterhoofd te houden. Wat de opcentiemen van onroerende voorheffing betreft of de aanvullende personenbelasting betreft, is er geen becijferde bovengrens. Maar als de belasting zo hoog is dat het je grond of huis, net door de hoogte van die belasting waardeloos maakt, of je inkomen door de hoogte van de APB dermate wordt afgeroomd dat je niets meer over kan houden van per extra verdiende euro, dan ben je voor de rechtbank niet kansloos als je de belastingen aanvecht. In de context van bedrijven is het om een concrete situatie te geven van een onderneming die een milieuvergunning heeft verkregen om een bepaalde activiteit uit te oefenen, terwijl het gemeentebestuur om welke reden dan ook die onderneming liever ziet verdwijnen, niet toegestaan om een belasting te heffen (hoewel die wettelijk dus zou mogen) die ervoor zorgt dat economische activiteit door de hoogte van de belasting onmogelijk is. Dus een belasting die het maken van winst onmogelijk maakt, dat is voorbij de grenzen van wat binnen die gemeentelijke autonomie toelaatbaar is.

Bij Silvamo is die kritische grens belange niet bereikt. Vanzelfsprekend kunnen over de hoogte van de tarieven verschillende motieven spelen. Klassiek zullen socialisten minder bevreesd zijn om erg winstgevende bedrijven hoger te belasten. Liberalen zullen het recht op het maken van winst, ook als die enorm hoog is met grotere nadruk verdedigen. Het gemeenschappelijk is: beide strekkingen stellen dat winst maken mogelijk moet zijn. De winst van Silvamo is maatschappelijk gezien een andere soort winst dan van de meeste andere bedrijven in onze gemeente. Ze is niet enkel veel hoger dan in andere sectoren. Dat is vooral doordat het principe van volkomen concurrentie niet kan spelen in die markt. Niet iedereen kan een categorie 2 stortplaats opstarten. Er zijn maar een vijftal categorie 2 storten in Vlaanderen. Als geopperd wordt dat de belasting in onze gemeente hoger is dan in de andere gemeenten die een soortgelijk stort hebben, dan doet dit niet ter zake als het gaat als tegenargument waarom een hogere belasting door de rechtbank zou teruggefloten worden. De storten zijn overigens moeilijk te vergelijken met elkaar. Wellicht is het stort in Kortemark het enige dat ook nadat het is vol gestort zal verkaveld worden in een kmo-zone. Dat betekent een gigantische meerwaarde voor de eigenaar van het stort. Bovendien zijn de omgevingsrisico’s, de risico’s op milieuvervuiling, zeker de risico’s op termijn, veel en veel hoger dan bij de andere ondernemingen in onze gemeente.  

De stortplaats is voor de helft in handen van een baggergroep. Als iemand afval stort in de eigen put, dan stellen wij ons met CONTENT de vraag welke garanties er zijn dat de materie die in de put terecht komt in overeenstemming is met wat toegelaten is volgens de vergunning. Daarnaast vragen wij ons af welke garanties er zijn dat de gestorte hoeveelheid overeenstemt met de werkelijk gestorte hoeveelheid.

Met CONTENT willen we Silvamo meer laten bijdragen, dat is duidelijk. Daar zijn meerdere redenen voor.

Ten eerste: de lasten voor onze inwoners zijn wel sterk verhoogd.

In 2006 was de APB 7%, OVV 1700, vandaag 8,5% en 1850. Dat zijn onze voornaamste belastingen, ongeveer even belangrijk qua grootteorde. Gemiddeld genomen dus een stijging in die periode van 15%, op een inkomen dat steeds geïndexeerd is. In 15 jaar tijd is dat een stijging van 30 procent. Onze inwoners zijn verhoudingsgewijs jaar na jaar zwaarder belast, door de inflatie en de gemeentelijke verhoging van personenbelasting en opcentiemen, terwijl Silvamo in reële termen jaar na jaar een belastingvermindering kreeg, doordat er geen correctie was voor de inflatie. Het is dus helemaal geen leugen om te stellen dat het gemeentebestuur liever de inwoners belast dan de stortplaatsen. Met CONTENT vinden we onrechtvaardig ten opzichte van onze inwoners dat Silvamo op dat vlak buiten schot blijft.

Ten tweede: de negatieve impact op de omgeving.

In een toelichting op de gemeenteraad door Silvamo werden volgende vragen gesteld:

Op vraag van raadslid Tim Deweerdt lichten mevrouw Schotte en de heer Dedecker toe dat, na het afsluiten van de put, er wettelijk gezien nog 30 jaar metingen dienen te gebeuren. Meneer Dedecker licht toe dat dit afval steeds afval zal blijven

De realiteit is zo dat, hoewel het afval steeds afval zal blijven, de kans op verontreiniging van de omgeving toeneemt met de tijd. We kunnen als gemeente het risico niet lopen om op termijn in een situatie te komen dat de wettelijke controles niet meer verplicht zullen zijn. We moeten de verantwoordelijkheid ten opzichte van onze inwoners dan zelf opnemen. Dat zal flink wat geld kosten. Op dat moment zullen we Silvamo daarvoor geen belastingen kunnen laten betalen. Het valt bovendien nog te bezien hoe dat, nadat verontreiniging zou vastgesteld zijn, dit allemaal in zijn werk zal gaan nadat de hele site bebouwd is. Met CONTENT stellen wij nog steeds dat dit een erg onwenselijke nabestemming is. De wettelijke controles zijn gegarandeerd voor een periode van 30 jaar. Daarna komt de onzekerheid. Daarom leggen we nu beter een ruime voorziening aan. Om die voorziening aan te leggen, zitten we beter niet aan de centen van onze inwoners, maar laten we Silvamo die bijdrage betalen.

Zoals eerder toegelicht lijkt, op basis van de adviezen die we hebben ingewonnen een verhoging wenselijk en bovendien juridisch verdedigbaar. De te voeren discussie is: hoe sterk verhogen we de tarieven? Met CONTENT bewandelen we daarvoor het liefst het pad van een gelijke behandeling tussen Silvamo en onze inwoners. We stellen een inhaaloperatie voor van 15 jaar. De tarieven die toen van kracht waren, willen we aanpassen aan de index vandaag, dus ongeveer maal 1,3 met daarbijkomend dezelfde verhoging als onze eigen inwoners hebben gekend op basis van de twee voornaamste belastingen, zijnde de opcentiemen op de onroerende voorheffing en de aanvullende personenbelasting, die gemiddeld genomen maal 1,15 zijn gegaan. Dus samen een correctie van de tarieven met een factor van 1,5 toegepast op de tarieven van 2006.

Ons voorstel werd afgewimpeld. De burgemeester, Karolien Damman, schermt met adviezen waarvan wij op papier het bestaan niet afweten. Dat is geen faire manier van politiek voeren. Had de meerderheid van CD&V en Open VLD, die veel meer middelen ter beschikking hebben dan onze fractie, dezelfde energie en motivatie gehad als die er is bij CONTENT, dan was er voor Silvamo een oplossing uit de bus gekomen die beter was geweest voor onze inwoners.

Dit betreuren wij enorm. Een gemiste kans.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *